+ + Oude Testament + Deuterocanonieke boeken + Nieuwe Testament
Handelingen
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 26 %
Hand. 4
4:5 Toen 1) gedurende de volgende dag
hun oversten en oudsten, evenals de schriftgeleerden
in Jeruzalem vergaderden,
6 met Annas, de hogepriester, en Kajafas,
Johannes en Alexander,
en wie ook maar van de hogepriesterlijke familie was,
7 begonnen zij hen (Petrus en Johannes),
als hun middelpunt te ondervragen:
Door welke kracht of in welke naam
is dit gedaan door jullie?
8 Toen zei Petrus, vervuld van Heilige Geest, tot hen:
Oversten en oudsten van het volk,
9
als wij heden verhoord worden
met betrekking tot een weldaad
aan een ziek mens,
waardoor deze geheeld is,
10
laat het dan jullie allen
en heel het volk Israël bekend zijn,
dat door de naam van Jezus Christus, de Nazoreeër,
die jullie gekruisigd hebben,
maar die God uit de doden heeft opgewekt,
dat door die (naam)
deze gezond en wel voor jullie staat.
11
Dit is de steen,
die door jullie als bouwlieden werd verworpen,
die geworden is tot een hoeksteen,
12
en het heil is door niemand anders.
Want geen andere naam is onder de hemel
bij de mensen gegeven,
waardoor wij geheeld moeten worden.

1vertaling van Leen de Ronde